SP en LST willen opnieuw debat over golfbaan
SP en LST willen opnieuw debat over golfbaan
Het gedoe rond de verkoop van de golfbaan Prise d'Eau blijft de kop op steken. Voor de vakantie gaf de gemeenteraad opdracht aan het college serieus met de markt in gesprek te gaan om een goede prijs vast te stellen. Nu blijkt dat daar niets van terecht is gekomen. De fracties willen de zaak agenderen voor de eerstvolgende commissievergadering Economie.
"Het college was en is vast besloten de golfbaan voor een euro te verkopen aan de huidige aandeelhouders en niets lijkt het daar vanaf te kunnen brengen. Maar de raad is duidelijk geweest in haar opdracht: praat met marktpartijen zodat we weten hoeveel die baan waard is. Opnieuw blijkt nu echter dat het college daar niet aan mee wil werken. Voor ons is de maat vol, wij hebben er geen zin in om ons keer op keer met een kluitje in het riet te laten sturen", aldus woordvoerders van de indieners.
Een samenvatting van de gebeurtenissen rond de golfbaan-verkoop:
Voorafgaand
De raad discussieert lang over het vaststellen van voorwaarden waaronder de golfbaan verkocht zou mogen worden. De kleinst mogelijke meerderheid stelt tenslotte die voorwaarden vast. Tegenstanders (van met name de voorwaarde om elke winst binnen het bedrijf te houden) menen dat onder de gestelde voorwaarde geen geïnteresseerde marktpartijen gevonden kunnen worden. Toch wordt de opdracht gegeven zo’n onderzoek te doen om minstens de marktwaarde van de golfbaan vast te kunnen stellen.
Dat ‘marktonderzoek’ blijkt zeer oppervlakkig te zijn uitgevoerd. Bestaande (en bekende) marktpartijen worden niet eens benaderd. De raad moet het doen met een consultancyrapport waarin wordt gesteld dat de golfbaan onder de gestelde voorwaarde eigenlijk niet verkocht kan worden, c.q. geen marktwaarde heeft.
7 mei 2007: commissie Economie: presentatie van het voorgenomen besluit van het college om de golfbaan te verkopen aan de aandeelhouders B, stelling van het college dat zich geen marktpartijen hebben gemeld om de golfbaan onder de gestelde condities te kopen. Op basis van de gegeven informatie maakt een meerderheid van de raad (gewogen meerderheid in de commissie) geen bezwaar tegen de verkoop aan de aandeelhouders B. De overweging voor de SP en LST hierin is dat als zich geen serieuze marktpartijen hebben gemeld verder zoeken overbodig is.
14 mei: na contact met Burggolf blijkt dit bedrijf wel degelijk serieus geïnteresseerd te zijn en zich ook te hebben gemeld bij het college. LST en SP agenderen dit voor de volgende commissie Economie van 11 juni en vragen het college in de tussentijd geen onomkeerbare stappen in de verkoop te nemen.
11 juni: commissie Economie stemt in met het opnieuw behandelen van de voorgenomen verkoop van de golfbaan, Burggolf spreekt in, blijkt wel degelijk interesse te hebben en op basis van deze informatie draagt de commissie het college op om serieus met Burggolf in gesprek te gaan over mogelijke verkoop van de golfbaan onder de gestelde voorwaarden.
25 juni: gesprek tussen Burggolf en het college. De raad wordt hierover niet geïnformeerd. Ook gaan twee collegevergaderingen voorbij voordat dit gesprek met Burggolf in het college wordt besproken (nl. op 10 juli).
10 juli: het college besluit definitief de golfbaan aan de aandeelhouders B te verkopen omdat het gesprek met Burggolf niets opgeleverd zou hebben. Het college houdt dit besluit buiten haar openbare besluitenlijst. Ook in de raadsinformatiebrief van deze week (28) staat het besluit niet vermeld. Wel wordt gemeld dat het college ‘haar standpunt heeft bepaald over de terugkoppeling van de commissievergadering Economie van 7 mei’. De inhoud van die terugkoppeling wordt niet gegeven. Bovendien is het besluit om definitief aan de aandeelhouders B te verkopen een terugkoppeling van de commissievergadering van 11 juni, waarin het college de opdracht krijgt om het gesprek met Burggolf aan te gaan.
16 juli: na contact met Burggolf blijkt het gesprek van 25 juni een farce te zijn geweest, er is nergens over gesproken en het college gaf Burggolf te kennen het gesprek slechts aan te gaan om formeel tegemoet te komen aan de wensen van de raad maar niet serieus te overwegen de golfbaan mogelijk aan Burggolf te verkopen. Burggolf krijgt geen inzage in de boekhouding of andere relevante stukken die nodig zijn om een bod te overwegen. Voor een verslag van dit gesprek klik hier (pdf).
16 juli: LST en SP schrijven een brief aan het college waarin zij haar vraagt zich alsnog – zoals afgesproken op 11 juni – als verkopende partij op te stellen zodat er inzicht komt in de marktwaarde van de golfbaan. Het college reageert niet op deze brief.
20 juli: in de raadsinformatiebrief van week 29 wordt pas melding gemaakt van het definitief worden van het besluit van het college dd. 10 juli om in te stemmen met verkoop van de golfbaan aan de aandeelhouders B (als terugkoppeling van de commissievergadering van 7 mei).
Inhoud collegebesluit 10 juli 2007:
Er worden vier argumenten genoemd om de voorgenomen verkoop aan de aandeelhouders B door te zetten:
1. De commissie was het daar op 7 mei mee eens (klopt, maar heeft op basis van extra informatie haar standpunt opgeschort en op 11 juni het college opgedragen een serieus gesprek met Burggolf aan te gaan, en derhalve als argument op 10 juli inmiddels irrelevant).
2. De mail van Burggolf zou de commissieleden voor 7 mei hebben bereikt (irrelevant na de opdracht aan het college van 11 juni).
3. ‘Er is een gemeentelijke belang aanwezig bij een overdracht aan de huidige partijen, doordat de positie van de golfvereniging materieel niet wordt aangetast’ (irrelevant als andere partijen wensen te voldoen aan de gestelde voorwaarden).
4. In het gesprek van 25 juni zou zijn gebleken dat Burggolf zich nooit formeel als koper heeft aangemeld (als dat al waar is is het irrelevant, ze zitten nu als potentiële koper aan tafel).
Onze conclusies
* Het college heeft nooit een serieus onderzoek gedaan naar de marktwaarde van de golfbaan zoals de raad had opgedragen.
* Het college heeft de raad onvoldoende (duidelijk) geïnformeerd over de positie van Burggolf als potentiële koper.
* Het college heeft de opdracht om met Burggolf te spreken over een mogelijke verkoop niet serieus uitgevoerd.
* Het college heeft na het gesprek met Burggolf twee weken gewacht met het nemen van een besluit, en na het nemen van dat besluit tien dagen gewacht met het informeren van de raad.
* Het college geeft in haar besluit van 10 juli louter irrelevante argumenten om de verkoop aan de aandeelhouders B door te zetten.
* Het college heeft nog altijd niet gereageerd op de brief van 16 juli.
SP en LST willen dit relaas agenderen voor de commissievergadering Economie van 27 augustus aanstaande. Daarin willen we duidelijkheid over het gesprek tussen Burggolf en het college, over de gang van zaken zoals wij die concluderen en over de stand van zaken met betrekking tot de verkoop van de golfbaan.
Open brief (16 juli 2007)
Verkoop golfbaan moet worden uitgesteld (14 mei 2007)