h

Op weg naar een nationaal zorgfonds

8 september 2016

Op weg naar een nationaal zorgfonds

10 jaar geleden kregen we een nieuw zorgstelsel. De zeggenschap over de zorg verschoof naar commerciële verzekeraars. De marktwerking en de daarmee gepaard gaande concurrentie zou de zorg beter en goedkoper maken. Na 10 jaar is duidelijk dat dat deze concurrentie faalt.

Foto: SP

Patiënten, huisartsen, specialisten, zorgverleners, veel mensen zijn ontevreden.

De verspilling en bureaucratie zijn explosief gegroeid.

De premiebetaler heeft meer keuze- (schijn)vrijheid gekregen, bijna niemand stap over naar een andere zorgverzekeraar. De praktijk laat zien dat die keuzevrijheid alleen betaald kan worden voor diegene die dit kunnen betalen.

Het aantal zorgmijders groeit. 800.000 mensen kunnen niet meer het eigen risico betalen. Veel mensen hebben geen aanvullende verzekering voor tandarts, GGZ en fysiotherapie en nemen een lage premie met een hoog eigen risico om de maandlasten te drukken.

Het huidige systeem dwingt mensen tot financieel korte termijn denken met duurdere gezondheidskosten op de lange termijn tot gevolg.

Daarbij willen mensen niet kiezen bij welke zorgverzekeraar zij zitten maar naar welke arts of ziekenhuis zij gaan.

De zorgverzekeraars bepalen steeds meer wie welke zorg krijgt, dit tot grote frustratie van de artsen en patiënten die de kwaliteit achteruit zien gaan.

Vechtmarkt

In het huidige zorgstelsel werkt de concurrentie als een perverse prikkel om samen te werken.

Zorgverzekeraars beconcurreren elkaar in het profileren van hun eigen verzekeringmaatschappij met torenhoge kosten die beter aan de zorg besteed kunnen worden. De gezamenlijk zorgverzekeraars geven 500 miljoen per jaar uit aan reclame en marketing. Zij maken per jaar 1 miljard winst en hebben intussen een reserve van 10 miljard. Managers hebben verwerpelijk hoge slarissen die ver boven de ministernorm liggen soms tot 1,17 miljoen per jaar en bedienen zich van riante faciliteiten. Dure vertrekpremies van managers. Zorgverzekeraars geven individueel tot 600 miljoen per jaar uit aan bedrijfskosten en de farmaceutische industrie maakt woekerwinsten.

Dit geld, miljarden euro’s, wordt opgebracht door de premiebetaler waarmee een markt gecreëerd wordt die er in feite niet is en waarmee dit geld onttrokken wordt aan de zorg.

De zorgaanbieders worden gedwongen om zich te profileren en in plaats van samen te werken beconcurreren zij elkaar. Als voorbeeld gelden hier de ziekenhuizen die door de concurrentie, ieder zoveel mogelijk specialismen in huis willen hebben, inclusief een 24-uurs spoedeisende hulp, een intensive care en kleine stukjes complexe zorg tussen veel grotere stukken minder complexe zorg en met zoveel mogelijk CT-scans, MRI’s een PET-scan en een operatierobot. Pogingen om bijvoorbeeld hoog complexe zorg te concentreren in een aantal, regionaal slim gepositioneerde ziekenhuizen stranden op de beperkende mogelijkheden van de marktwerking. O.a. dat kartelvorming in verband met een ‘open speelveld’ wordt verboden.

Voorgaande illustreert in hoofdlijnen de onnodige hoge kosten voor de zorg door dit huidige zorgstelsel.

Het huidige zorgstelsel is een politieke beslissing waarmee de politiek in feite het vertrouwen heeft opgezegd in de artsen, zorgverleners en patiënten. Zij worden niet in staat gesteld om mee te denken en worden niet in staat geacht om te zorgen voor een efficiënte kwalitatieve zorg. Artsen, zorgverleners en patiënten zijn zo buitenspel gezet.

Zorg voor en van iedereen.

Het huidige zorgstelsel veroorzaakt een klassenverschil in het op tijd bereikbaarheid zijn voor zorg met een aanmerkelijk nadeel voor de lagere inkomens. In een sociale beschaafde samenleving hoort dit verschil er niet te zijn. Iedereen heeft recht op zorg die laagdrempelig beschikbaar hoort te zijn.

Met de marktwerking en vercommercialisering van de zorg is een verkeerde weg ingeslagen. Het is tijd om een nieuwe richting te kiezen ten dienste van bevolking en zorgverleners, zonder commerciële belangen. Premiegeld gaat zo veel mogelijk naar de zorg, niet naar reclame, marketing, winsten/reserves, woekerwinsten farmaceutische industrie, abjecte salarissen en faciliteiten van managers en doorgeslagen bureaucratie.

Dat kan het beste uitgevoerd worden door één organisatie waarin artsen, zorgverleners en patiënten nadrukkelijk vertegenwoordigd zijn. Controle op kwaliteit en kosten is te organiseren. Dat organisatorisch één nationale zorgverzekering goed mogelijk is, wordt bewezen in vele landen om ons heen. Op de hele wereld zijn maar 3 landen die een vergelijkbaar systeem als dat van Nederland hebben.

Vooralsnog hebben bijna alle zorgeconomen verwerpelijke kritiek op het Nationaal Zorgfonds. Alle kritiek van zorgeconomen ten spijt, als het huidige 10 jaar bestaande Nederlandse zorgsysteem zo goed zou zijn waarom volgen de andere landen dit dan niet ?

Dat geeft op z’n minst te denken.

Te denken geeft ook dat er een kunstmatige markt gecreëerd is met het geld van de premiebetaler. Marktwerking en dus concurrentie zou in het voordeel van de consument/premiebetaler zijn. Echter de overheadkosten van de zorgverzekeraars ( betaalt door de premiebetaler ) zijn zo hoog dat het beoogde rendement voor premiebetaler negatief is. Vanuit de premiebetaler gezien lijkt me dit een verkeerde investering.

De premiebetaler wil zoveel mogelijk investeren in kosten van de zorg en zo weinig mogelijk in overheadkosten. Reden genoeg om de huidige zorgverzekeraars af te schaffen.

Deze economen denken dan ook in het belang van het huidige zorgsysteem en denken niet vanuit het economisch belang van het huishoudboekje van de premiebetaler. Als niet vanuit de basis gedacht wordt komen microbelangen niet tot hun recht in macrobelangen.

Over welke economische waarden/belangen hebben we het dan ?

Het opheffen van de zorgverzekeraars is mogelijk door hen te ontheffen van de wettelijke taak om dit uit te voeren. Daarmee wordt de marktwerking ook opgeheven en heeft de EU daar geen zeggenschap meer over. Anders zou een nationaal zorgfonds in alle EU-landen ( behalve Nederland en Zwitserland ) door de EU verboden moeten worden.

Op naar een Nationaal Zorgfonds! 

Eigen risico afschaffen. Tandzorg, GGZ en fysiotherapie in basis pakket.

Ziek zijn is geen keuze. Het kan iedereen overkomen. Daarom is het niet eerlijk om mensen met ziekte of ongeval een boete te geven van € 385,00. Door deze boete heeft één op de vijf mensen wel eens afgezien van noodzakelijke zorg. Dat maakt zorg op termijn juist veel duurder. Daarom moet het eigen risico afgeschaft worden.

Tandzorg, GGZ en fysiotherapie horen thuis in het basispakket omdat dit noodzakelijke zorg is die voor iedereen bereikbaar moet zijn.

Bij een Nationaal Zorgfonds is geen eigen risico nodig en zit tandzorg, GGZ en fysiotherapie in het basispakket.

Door het afschaffen van de zorgverzekeraars, onnodige bureaucratie, het aanpakken van de woekerwinsten van de farmaceutische industrie, is dit betaalbaar.

Voorgaande zijn de grote lijnen er wordt hard gewerkt aan een publicatie met verdere onderbouwing.

Jack Puts, SP-lid, Nationaal Zorgfonds, bestuurslid FNV Sector Zorg en Welzijn.

Reactie toevoegen

U bent hier