Tilburg

In 2007 maakte Energiereus Essent opnieuw formidabele winsten. De gemeente Tilburg strijkt via haar aandelen een deel daarvan op. De SP wil hierover een spoeddebat. Paul Huijgen: "Ruim een jaar geleden is afgesproken dat de gemeente zich zou inzetten voor een verlaging van de tarieven, maar volgens ons is daar niets mee gedaan".

De tarieven van Essent zijn bepaald niet omlaag gegaan en hun winstcijfers maken ook duidelijk dat het bedrijf haar klanten nog altijd uitmelkt. In oktober 2006 nam de raad een initiatiefvoorstel van de SP aan waarin het college als aandeelhouder van Essent werd opgedragen te streven naar een verlaging van de tarrieven. Paul Huijgen: "De hoge winsten zouden daarvoor ingezet moeten worden. De gemeente zou zich aansluiten bij de voorstanders van een verlaging van de winstuitkering aan aandeelhouders om die verlaging te betalen. Ik wil nu wel eens weten wat de wethouder met die opdracht heeft gedaan, want als ik de tarrieven en winstcijfers zie kan ik me niet voorstellen dat hij een deuk in een pakje boter heeft geslagen".

De winstuitkering van Essent is vaak onderwerp van debat in de gemeenteraad. Bij de begroting worden de dividenden en extra uitkeringen uitgegeven. "Omdat het college 'leuke dingen' betaalt van die Essent-gelden is het moeilijk om hen te bewegen iets te ondernemen tegen de hoge tarrieven. We vragen hen om in het eigen vlees te snijden. Maar zelfs een ruime meerderheid van de raad die ons initiatiefvoorstel van 2006 steunde is waarschijnlijk niet genoeg om dat ook werkelijk te doen". Huijgen wil tijdens het spoeddebat precies op een rijtje krijgen wat voor de gemeente de afgelopen jaren de inkomsten uit Essent zijn geweest en wat daar van gefinancierd is. "Ik vind het een ongewenste constructie dat de gemeente via de energietarrieven een soort extra belasting aan de burgers oplegt. Honderden Tilburgers komen jaarlijks in de problemen door de al maar stijgende energiekosten. Dat is een serieus maatschappelijk probleem, maar de lippendienst die het college hieraan bewijst is bepaald niet voldoende".