Tilburg

Het zal u niet ontgaan zijn. Woensdag 21 oktober was het raadsdebat over het eindrapport van de commissie-Groten, inzake het Midi-verhaal. Hieronder leest u integraal de tekst die Veerle Slegers in eerste termijn namens de SP sprak.

Ik kan hier namens de SP een heel verhaal gaan houden over wat er allemaal mis is gegaan rondom het Midi-theater. Dat verhaal staat echter in het rapport van de commissie Groten. Het is ons eigen rapport, het resultaat van vijf maanden onderzoek door een afvaardiging uit de raad die in het kort als opdracht had: Feitenonderzoek en waarheidsvinding. Daaruit zijn erg veel feiten gekomen die het bespreken waard zijn, vooral omdat wij als raad er lessen uit kunnen en moeten trekken voor de toekomst. Die lessen hebben vooral met sturing en controle van grote bouwprojecten te maken, en met de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor die sturing en controle of het gebrek daaraan.

Dat allemaal bespreken gaat vanavond niet lukken, vandaar dat ik alvast hier aankondig dat ik namens de SP alle punten die vanavond niet aan bod komen, agendeer voor de eerstvolgende betreffende commissie. Bespreking van die conclusies wil ik dan ondermeer in verband brengen met het initiatiefvoorstel voor een Checklist Grote Projecten dat ik een half jaar geleden namens de SP heb ingediend en dat ik op verzoek van de raadscommissie Modern Bestuur heb aangehouden tot na het Midi-onderzoek zodat we de conclusies van het onderzoek kunnen meenemen in het voorstel.
Wat we hier vanavond in elk geval wel bespreken is de rol van de bestuurders die verantwoordelijk waren voor het Midi-dossier. Eén daarvan, portefeuillehouder Backs, heeft de gevolgen van zijn verantwoordelijkheid al in februari aanvaard. De andere bestuurder is burgemeester Vreeman. Ook hij heeft de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het Mididossier. Die heeft hij zelf op zich genomen middels een brief van voormalig gemeentesecretaris Derks d.d. 18 september 2008, in antwoord op een notitie van de behandelend ambtenaren. Ik citeer de laatste alinea: “Door deze brief neem ik de volledige (ambtelijke) verantwoordelijkheid voor de gang van zaken en verklaar dat ook Ruud Vreeman en Hugo Backx dat doen voor wat betreft hun bestuurlijke verantwoordelijkheid.”
Dit is het moment waarop we de consequenties van die verantwoordelijkheid bespreken.

Als verantwoordelijk bestuurder heeft de burgemeester niet alleen in de openbare verhoren maar ook daarbuiten de conclusie van het rapport toegegeven dat hij net als toenmalig wethouder Backx meerdere malen de raad zowel als het college bewust niet heeft ingelicht over budgetoverschrijdingen en constructies om die te dekken, over veranderde contractinformatie en over exploitatietekorten. Daarmee was hij in overtreding van de Gemeentewet, artikel 169, artikel 53 en 53a.
Dat mag niet en daarbij horen consequenties. Gezien de ernst van deze overtredingen, die raken aan defundamenten van de democratie in het algemeen en van de volksvertegenwoordiging in het bijzonder, is er voor de SP maar één consequentie mogelijk. Die is dat de burgemeester zijn functie neerlegt en deze week nog in gesprek gaat met de Commissaris van de Koningin over de manier waarop dat zo snel mogelijk kan.

Het argument dat er een politieke contekst was waarin de burgemeester reden had om aan de integriteit van de raad in het algemeen of van raadsleden in het bijzonder te twijfelen is niet zwaar genoeg als rechtvaardiging voor het uitschakelen van de volksvertegenwoordiging. Net zo min als het argument dat de politieke lading door dat gebrek aan integriteit zo groot was dat de bestuurbaarheid van de stad in het geding was. De herhaalde bewuste keuze om zowel de raad als het grootste deel van zijn college niet, onjuist of onvolledig te informeren is fundamenteel onjuist voor een bestuurder. Ongeacht welke politieke contekst dan ook.

De ene misstap, hoe zwaar ook, rechtvaardigt de andere niet.

En niets rechtvaardigt het uitschakelen van de raad. Over de bestuurbaarheid van de stad gaan wij als voltallige raad (en als voltallig college). En wij als raad hadden erover moeten kunnen beslissen. Dat is de essentie van democratie. Als je je daaraan niet wilt conformeren, kun je geen bestuurder in een democratisch bestel zijn. Vandaar dat de SP samen met de VVD een motie indient.
Deze motie heeft als strekking dat de raad de handelwijze van de burgemeester in het Mididossier afkeurt en constateert dat de ontstane situatie en gegroeide verhoudingen zorgen voor een onwerkbare situatie voor de burgemeester en raad. Daarom verzoekt de raad het Presidium (de gezamenlijke fractievoorzitters) om met de Commissaris van de Koningin te overleggen over de ontstane situatie conform artikel 61b van de Gemeentewet.